Indien een zelfstandige failliet wordt verklaard,
‘verliest' hij het beheer over al zijn goederen krachtens artikel 16 van
de faillissementswet.
De rechtbank van koophandel stelt in dat
geval een curator aan voor het vereffenen van de activa en in de mate
van het mogelijke het aanzuiveren van de passiva van de gefailleerde.
Stellen
we dat de curator erin slaagt het handelsfonds over te dragen en dat
hij ook de investeringen doorverkoopt die volledig zijn afgeschreven.
In dat geval komen er in hoofde van de gefailleerde belastbare meerwaarden vrij.
Artikel
16 van de faillissementswet heeft het immers over het verlies van het
beheer over de goederen van de gefailleerde, maar niet over het verlies
van zijn goederen.
Het is bijgevolg belangrijk dat men aandacht
heeft voor het fiscale lot van de gefailleerde, namelijk de voortzetting
van het beheer over zijn goederen door de curator.
Zoals men
weet, geven de meerwaarden op immateriële vaste activa en materiële
vaste activa aanleiding tot een afzonderlijke aanslag tegen het tarief
van 33 of 16,5%, afhankelijk van het geval.
Eerste vraag : moet
men voor het handelsfonds in alle gevallen het tarief van 16,5% in
aanmerking nemen, aangezien het om een gedwongen definitieve
stopzetting gaat?
Wij zijn van oordeel dat dit het geval is,
aangezien artikel 171 wib/92 stelt dat "Onder gedwongen definitieve
stopzetting of gedwongen handeling wordt verstaan de definitieve
stopzetting of de handeling die voortvloeit uit een schadegeval, een
onteigening, een opeising in eigendom, of een andere gelijkaardige
gebeurtenis". De handelswijze van de gefailleerde heeft niets
vrijwilligs, en de verkoop van zijn handelsfonds door de curator kan
naar ons gevoel worden gelijkgesteld met een ‘andere gelijkaardige
gebeurtenis'.
Tweede vraag : is de afzonderlijke aanslag
verplicht ? Gelukkig niet, want in de inleiding van hetzelfde artikel
wordt verduidelijkt dat de afzonderlijke tarieven niet van toepassing
zijn "wanneer de aldus berekende belasting, vermeerderd met de belasting
betreffende de andere inkomsten, meer bedraagt dan die welke zou
voortvloeien uit de toepassing van de evenvermelde artikelen op het
geheel van de belastbare inkomsten".
Doorgaans heeft een
zelfstandige die failliet werd verklaard aanzienlijke verliezen
opgetekend, en heeft hij er bovendien ook heel wat andere opgestapeld in
de loop van eerdere aanslagjaren.
De kans is dan ook klein dat
hij met de verkoop van zijn goederen alle verliezen kan dekken die hij
met zijn beroepsactiviteit heeft gecumuleerd.
Bijkomende vraag :
wie moet zijn belastingaangifte opstellen ? Terwijl niemand ervan kan
worden vrijgesteld een belastingaangifte in te dienen, kan men er niet
omheen dat de gefailleerde, die het beheer over zijn goederen verloren
is, er geen controle meer over heeft, en er zelfs niet langer van op de
hoogte is. Hij doet er in ieder geval goed aan een bijlage bij zijn
belastingaangifte te voegen waarin hij vermeldt dat hij wegens zijn
faillissement niet in staat is deel 2 met betrekking tot zijn
beroepsinkomsten in te vullen, en de gegevens te vermelden van zijn
curator die werd aangesteld voor het beheer van zijn goederen. Op die
manier kan hem niet worden verweten dat zijn belastingaangifte niet
volledig is.
Emile Masset
Hoofdredacteur van Fiscalnet
bron : fiscalnet